Recensie: Uit mijn bunker - Astrid Witte

Het verhaal

Na een ongeluk komt Tom in een rolstoel terecht. Hij wordt depressief en verdwijnt het liefst in zijn gamewereld. Dan ontmoet hij via internet een meisje dat in Oekraïne woont, waar op dat moment oorlog is. Zijn pogingen om haar te helpen mislukken, tot hij beseft dat hij de wereld niet in zijn eentje kan redden. Een gevoelig verhaal waarin vrienden een wereld van verschil maken.

Voor lezers vanaf 14 jaar.

 

Mijn leeservaring

Voor verschijning van dit boek heb ik contact gehad met de auteur. De rolstoel die op de omslag stond klopte absoluut niet met waar het personage in zijn reis was. Er zijn aanpassingen gemaakt. Maar echt kloppend is het nog steeds niet. Al is het een stuk beter. Het esthetische beeld bleek belangrijker dan de meest accurate representatie en dat baarde mij zorgen. Hoe zou de representatie in dit boek zijn?

 

De auteur heeft mij aangeboden om Uit mijn bunker proef te lezen, alleen was er heel weinig tijd en had ik op dat moment absoluut geen mogelijkheid om dat op zo'n korte termijn te doen. De auteur gaf aan dat ze via facebook iemand had gevonden die in een rolstoel zat en het boek wel wilde lezen, een paar dagen voordat ze het naar de uitgeverij moest sturen en het naar de drukker zou gaan. Helaas is er een hele hoop validisme bij in geslopen. Sommige dingen waren gewoon niet logisch, anderen ronduit grof. En er zijn een hoop steken laten vallen en kansen onbenut gelaten...

 

Depressief

Als gevolg van zijn dubbele beenamputatie is Tom zwaar depressief en heeft hij zelfmoordgedachten. Het eerste deel van Uit mijn bunker focust er vooral op hoe hij zwelgt in zelfmedelijden en zelfhaat. Hij wil niet douchen, niet zijn bed uit komen, en is vrijwel alleen maar aan het gamen. Hij wil absoluut niet oefenen met zijn protheses en heeft veel denigrerende opmerkingen over dat alles in zijn leven gefocust is op bejaarden en kleuters (zoals de aangepaste badkamer, zijn tempo en dingen weer opnieuw moeten leren.)

 

Hij blijft het hele verhaal depressief, en dat is prima. Daar heb ik verder geen problemen mee. Wel leek het of zijn depressie soms een stuk minder was, maar dan kwam er ineens weer een zelfmoordgedachte omhoog. Dus ik miste misschien een stukje consistentie maar ik heb er niks op tegen dát hij depressief is. Veel mensen die plots gehandicapt raken (en soms ook als ze het al langdurig zijn) zijn of raken depressief. Dat komt veel voor. Wel vind ik het jammer dat veel van zijn zelfhaat niet werd teruggekoppeld. Het verhaal sluit dan wel af met dat hij zijn handicap niet meer als belemmering ziet, maar er wordt weinig gezegd over zijn zelfbeeld. Dus dingen worden niet tegengesproken en dat vind ik jammer.

 

Rolstoel-technisch

Er waren een paar dingetjes die rolstoel-technisch niet klopten. Zo pakt hij op pagina 24 zijn wielen, maar dit moeten natuurlijk zijn hoepels zijn. Op pagina 25 is hij bang om met een wheelie achterover te kiepen en uit de rolstoel te vallen. Maar beginnende rolstoelgebruikers hebben altijd anti-kiep wieltje(s) zodat dit niet kan gebeuren. Tom heeft zijn rolstoel waarschijnlijk via de revalidatie en sowieso dat daar in ieder geval één anti-kiep wieltje op zit. Een beetje onrealistisch dus. Ten slotte heeft hij het ook over zijn handige maar absoluut niet trendy rolstoeltas. En oké, dat snap ik, die dingen zijn niet bepaald hip. Maar je kan ook prima je rugzak aan je rugleuning hangen. Je gewone schooltas. Zo eentje die iedereen heeft. Een beetje jammer dat dit niet in het verhaal zat. Hij is al zo bang om als uitzondering gezien te worden, dan is het logisch dat hij er alles aan doet om er zo normaal mogelijk uit te zien. En dus ook een gewone rugzak aan zijn stoel zou hangen. Ik snap niet zo goed waarom de auteur hier niet voor heeft gekozen...

 

Pesten

Op school wordt Tom uit het niets ineens keihard geduwd in zijn rolstoel. Hij is vergeten zijn handvatten in de klappen, maar dat is niet echt logisch. Je handvatten zijn in principe altijd ingeklapt tenzij iemand je moet gaan duwen. Omgekeerde wereld dus. Daarnaast sloeg het nergens op dat de jongens dit deden. Dit was een gevalletje spanning en sensatie om het verhaal wat leven in te blazen en had voor mijn idee niks te maken met de groei van het personage. Het was een vorm van pesten. Eentje die prima verbaal had gekund (niet dat dát goed is, maar het zou voor mij zo veel logischer voelen!). Dan had het veel meer impact gehad en was de focus op zijn afwijkende standpunt geweest. In plaats van weer de nadruk op de rolstoel en zijn 'hulpeloosheid' te leggen. Het ging de pestkoppen om Toms solidariteit met vluchtelingen. Zijn handicap had er helemaal niks mee te maken dus het was niet eens logisch om die er op dat moment bij te betrekken. Vervolgens moet zijn vriend de situatie temperen en wordt die bijna neergezet als de held. In plaats van dat een leraar het halt toe riep. Alles hieraan geeft me een naar gevoel, en niet om de redenen die de auteur waarschijnlijk in gedachten had tijdens het schrijven van deze scène.

 

Als dit een verbale pestpartij was geweest had de focus gelegen op het lef dat nodig is om je mening uit te spreken. Om op te durven komen voor wat juist is. Om een afwijkend standpunt in te durven nemen. In plaats van maar weer eens te benadrukken hoe 'zielig en hulpeloos' Tom is. Het ging hier helemaal niet om zijn handicap dus laat die er lekker buiten... Er is voor gekozen om te focussen op Toms 'hulpeloosheid' in plaats van de boodschap rondom oorlogsslachtoffers en vluchtelingen te versterken. En dat is jammer.

 

Boodschappen doen

Boodschappen doen lijkt misschien iets kleins. Maar er komt een hoop extra (emotionele) energie bij kijken als je een handicap hebt. Je kunt nooit boodschappen doen zonder met iemand te praten. Je moet om hulp vragen omdat iets te hoog staat, of mensen zijn irritant en stellen bemoeierige vragen. Of, ze zijn over-behulpzaam...

 

Over-behulpzaam

Tom is naar de winkel en een klant ziet hem naar de koeling kijken en denkt even heel behulpzaam te zijn. De klant biedt gelijk aan te helpen, heel drammerig en verspert daarbij de weg. Tom zegt heel gevat: 'Als u aan de kant gaat, dan kan ik erbij.' En dat vond ik werkelijk prachtig. Die zit!

Het is waar, sommige mensen zijn over-behulpzaam en beginnen hun praatje ook lekker met een validistische opmerking als 'Dat lijkt me toch lastig als je in zo'n rolstoel zit.' Ja, het vraagt wat oefening, maar je hebt het snel genoeg door. Het lastigste is de bemoeienis en het validisme van andere mensen.

 

Opzij gezet

Even later is Tom in gedachten en zet een klant hem zonder pardon opzij. Dit gebeurt in het echte leven ook. En het is bizar. Het klopte alleen niet dat de klant hem weer terugzette toen hij zijn boodschap had gepakt. Want dat zou betekenen dat het de klant iets kan schelen en dat hij weet wat hij doet. Maar mensen die een rolstoelgebruiker opzij zetten, denken niet na, zijn in gedachten of zien ons letterlijk als gebruiksvoorwerp zonder gevoel. Het was dus absoluut niet logisch dat de klant hem terugzette. Vervolgens denkt Tom bij zichzelf dat hij zijn handvatten had moeten inklappen. Maar zoals ik eerder al zei is dit niet logisch! Wel is de woede en verontwaardiging die Tom voelt goed op papier gezet. Al wuift hij zijn emotie snel weg en dat vond ik jammer. Het is prima om daar een tijdje pissig over te zijn! Je niet uit het veld laten slaan betekent niet dat je het gelijk van je af moet zetten. Je kan prima pissig zijn en toch doorgaan met je boodschappen. Dit was dus een beetje vreemd, maar ja, Tom is iemand die zijn emoties niet onder ogen wil komen...

 

Het is nooit je eigen schuld

Bij de kleinste tegenslag scheldt Tom zichzelf gelijk uit voor hulpeloze nietsnut. Hij gooit per ongeluk een doos eieren op de grond. Het was zijn eigen schuld maar de winkelmedewerker zegt gelijk dat hij er niks aan kan doen en dat ze de winkelpaden echt breder moeten maken. Dit is zo herkenbaar. Niet-gehandicapte mensen durven iemand met een handicap nooit de schuld te geven. Het is altijd ineens hun eigen fout ook al waren ze niet eens in de buurt toen het gebeurede. Het is bizar, maar wel waar. Dus ik vond het grappig om in het boek terug te zien!

Maar het feit dat dingen van zijn schoot vielen was niet perse logisch. De meeste mensen zetten gewoon een winkelmandje op schoot. De meeste supermarkten hebben toch wel kleine mandjes die prima op schoot passen. Ik doe daar altijd mijn boodschapjes in, dan valt het niet van mijn schoot af! Wel zo handig.

 

Sonny, een twijfelachtige vriend?

Tom sluit vriendschap met Sonny. En samen gaan ze er op uit. Sonny trekt hem wat meer uit zijn schulp, uit zijn bunker om het maar even zo te zeggen. En dat was op zich positief. Maar het voelde allemaal niet zo realistisch. Hij leek ineens sprongen in zijn acceptatie te maken (met de nadruk op leek) zonder ooit terug te blikken op zijn eerdere gedachten. En hij negeert elk spoortje angst. Haast als of er totaal geen angst wás. En dat kwam mij gewoon heel ongeloofwaardig over. Je bent veertien/vijftien en gaat voor het eerst echt op pad met je rolstoel waar je nog niet helemaal vertrouwd mee bent, samen met een persoon die je nog amper kent, naar een gebied waar je nog niet eerder met je rolstoel bent geweest. Maar hij zag het als een spannend avontuur en had een soort bewijsdrang. Daarbij klopte de scene bij de protesten ook niet. Rolstoelgebruikers rijden namelijk altijd voorop bij protesten en demonstraties, zodat zij het tempo kunnen bepalen en niet in de verdrukking komen (of dat is in ieder geval de bedoeling). Maar Tom liep ergens midden in had ik het idee. Dit voelde dus een beetje chaotisch, onveilig en erg geschreven vanuit het perspectief van een lopend persoon...

 

De aap komt uit de mouw...

Ik had ongeveer driekwart van Uit mijn bunker gelezen toen ik deze quote vond... En daarmee werden mijn onderbuikgevoelens duidelijk.

 

Nog steeds zit ik maar in die rolstoel en klooi ik wat aan met mijn protheses. Zo kom ik toch nooit verder in mijn leven? Ik moet drastischer aan de slag, wil ik ooit nog iets bereiken.

 

Een paar pagina's verder blijkt dat hij die ochtend zijn protheses te vluchtig heeft aangedaan en nu veel pijn ervaart bij het lopen omdat er iets schuurt. En vervolgens denkt hij:  "Maar wat is dit nu allemaal vergeleken met wat Yuliya meemaakt? Daar doe ik het toch voor?"

Opnieuw werden mijn onderbuikgevoelens bevestigd. Pas als hij gaat vergelijken met Yuliya en tot de conclusie komt dat zij het erger heeft dan hij, komt hij in actie. Zijn drijfveer is het feit dat hij niet het 'zieligste' is. Het is geen wedstrijd!! En je hoeft niet je eigen moeilijkheden en/of pijn opzij zetten om een ander te kunnen helpen. Wat een onzin. Een heel ongezonde manier van denken en doen wordt hier gepromoot. De klap komt nog wel voor Tom, maar voor zover ik weet komt hij nooit tot het inzicht dat die dingen toch niet echt kloppen of helpen in zijn acceptatie- en heelproces.

 

Inspiration porn

Uiteindelijk vertelt Tom zijn verhaal aan Yuliya. En ze antwoord: "'Maar... waarom heb je me dat niet eerder verteld? Dat je dit allemaal hebt gedaan, is toch nog veel bijzonderder omdat je geen benen hebt?'"

Tom zegt dat hij graag wilde dat zij hem als gewone jongen zag, maar gaat niet in tegen haar opmerking dat het bijzonderder is. Dit is een vorm van inspiration porn. Opstaan tegen onrecht heeft niks te maken met je handicap of het gebrek daar aan. Gehandicapte mensen zijn zelfs sneller geneigd om (spreekwoordelijk) op te staan tegen onrecht want disability justice is super intersectioneel. Iets wat dit boek mooi naar voren had kunnen brengen maar niet heeft gedaan.

 

Dit hele boek voelt als inspiration porn plus drama. Kijk eens wat een jongen zonder benen allemaal doet voor een meisje in oorlogsgebied. Als zelfs híj zich inzet, waarom zou jij als lezer je dan níét inzetten? Dat was de indruk die ik kreeg van Uit mijn bunker. En dat smaakt me helemáál niet goed.

 

Lopen is superieur

Daarbij werd keer op keer benadrukt dat staan en lopen echt veel beter is dan zitten en rollen. En dat schoot mij ook in het verkeerde keelgat. Zelfs op een van de laatste pagina's wordt gezegd 'Dit is een belangrijk moment in mijn leven en dit wil ik recht op beleven.'

Ook de quote die ik eerder deelde laat goed dit beeld zien. Het idee dat hij nooit iets zal bereiken als hij in die rolstoel blijft zitten. Ik vind het echt schande dat rolstoelgebruik zo wordt neergehaald in Uit mijn bunker. Ik had er prima mee kunnen leven als hij eerst zijn rolstoel niet kan accepteren maar later inziet dat het een handig hulpmiddel is. Ook al zou hij kiezen voor protheses, er is geen enkele reden om rolstoelgebruik als minderwaardig te zien. En dat is een van de grove fouten in Uit mijn bunker. Rolstoelgebruik is en blijft ondergeschikt. Ik vind het echt een kwalijke zaak dat zijn visie op rolstoelgebruik nooit verandert. Een rolstoel zegt niks over je waarde en ook helemaal niks over wat je zou kunnen bijdragen in de wereld en maatschappij. Ontzettend jammer dat deze denkwijze nooit is rechtgezet. Niet door Tom, niet door een van de andere personages, niet door de auteur.

 

Acceptatie??

Het verhaal sluit af met Toms gedachte dat hij zijn handicap niet langer als een belemmering ziet maar als een extra uitdaging. En oké, fijn, maar dat neemt niet weg dat hij een hoop geïnternaliseerd validisme heeft over rolstoelgebruik(ers) en het lijkt er niet op dat hij van plan is hier iets mee te doen want hij lijkt zich er niet van bewust.

 

De manier waarop zijn 'acceptatie' tot stand is gekomen voelde vreemd en onvolledig. Hij zegt over zijn amputatie; 'kijk waar het me gebracht heeft'. Je kan alleen die kant op als je het hebt over de eigenschappen die je hebt ontwikkeld doordat je nu leeft met een handicap. Doorzettingsvermogen, vindingrijkheid, empathie, inlevingsvermogen, buiten de kaders denken, etc. Maar daar leek het verhaal absoluut niet op te doelen. Als dit wel de bedoeling was, kwam het voor mij in ieder geval niet uit de verf.

 

Tom doet daarentegen alsof de amputatie op zich de oorzaak is dat hij nu meer met wereldproblematiek bezig is. Door zijn amputatie raakte hij depressief. Door zijn depressie was hij veel aan het gamen en leerde hij Yuliya kennen. Maar pas toen hij ging vergelijken tussen Yuliya en hemzelf begon hij echt iets met die informatie over haar situatie te doen. Vervolgens dacht hij, ik moet niet zo zeuren er zijn mensen die het veel erger hebben dan ik, en ging hij actief bijdragen/proberen iets aan de situatie te doen. Daarbij dacht hij alleen te kunnen bijdragen als hij kon lopen. Dus in feite heeft hij zijn amputatie helemaal niet zo geaccepteerd. Hij heeft geaccepteerd dat hij nu protheses heeft. Dat is een heel ander verhaal...

 

Gemiste kans

Doordat de auteur niet heeft ingezet op intersectionaliteit en niet heeft ingezet op de disability community, voelde Uit mijn bunker van alles wat te veel en te weinig een geheel. Te veel drama, te veel zelfhaat, te veel zieligheid. Als er een focus op intersectionaliteit was geweest, waren de twee verhaallijnen veel vloeiender in elkaar overgelopen. Nu voelde ik een duidelijke scheiding. Eerst ligt de focus op Toms zelfhaat en zijn zwelgen in zelfmedelijden. Daarna zet hij een knop om en wil hij iets betekenen voor Yuliya en de andere mensen getroffen door de oorlog in Oekraïne. Tussen neus en lippen door wordt wat gezegd over acceptatie, alleen was het geen echte acceptatie. Het was de overtuiging dat hij niks zou kunnen bijdragen als hij maar wat in die rolstoel zou blijven zitten...


Dit boek had een hoofdpersonage moeten nemen die niet gehandicapt is of moeten inzetten op de intersectionaliteit van disability justice. (Maar dat is super complex en kan beter worden gedaan door iemand die echt actief is binnen de disability justice community...)

 

Hoe had het beter gekund?

Ik denk dat dit verhaal veel beter binnen zou komen bij tieners als het over een onwetende tiener was gegaan, eentje zonder handicap. Een tiener die opging in zijn eigen leven en luxe. Een tiener die dol was op gamen en daar in die online wereld een meisje uit Oekraïne leert kennen. Dat hij via haar wakker geschud wordt. Dat hij actie onderneemt, solidariteit toont. Haar en anderen wil helpen.

 

Zoals het boek nu is, is het een ode aan inspiration porn met hier en daar een goede opmerking rondom disability. Maar die opmerkingen worden bijna volledig ondergesneeuwd door de algehele toon in het verhaal en het verkeerde focuspunt.

 

Soms is een verhaal niet de jouwe om te schrijven

Ik heb lang over dit boek nagedacht. Wat waren de dingen die me niet lekker zaten. Welke implicaties hebben die. Hoe had het beter gekund?

Ik denk vooral dat dit boek bewijst dat het soms een beter idee is om de reis van een gehandicapt persoon te laten vertellen door iemand die die handicap heeft. Ik ga er van uit dat de auteur de allerbeste intenties had. En ik haal er echt geen plezier uit om een recensie als deze te schrijven. Maar ik denk wel dat het goed is om met z'n allen meer bewust te worden van validisme, validistische denkbeelden en hoe deze er in kunnen sluipen.

 

Conclusie

Zoals ik al zei, Tom heeft zijn protheses geaccepteerd, maar zijn amputatie niet. Hij heeft zijn rolstoel nooit kunnen accepteren. De focus bleef liggen op de superioriteit van lopen. En dat vind ik ontzettend jammer en kwalijk. Vast en zeker niet de bedoeling, maar wel hoe het op mij is overgekomen als rolstoelgebruiker... Het idee om meer bewustwording te creëren rondom wereldproblematiek en oorlog vind ik heel mooi. Alleen niet vanuit het oogpunt van een gehandicapt persoon die zijn eigen zieligheid opzij moet zetten en vervolgens dient als inspiratie.

Als je een les uit dit boek meeneemt laat het dan deze zijn: Er zijn een hoop mensen die in slechte situaties leven, en jij staat minder machteloos dan je denkt!

 

* Van dit boek heb ik een recensie-exemplaar ontvangen. Dit beïnvloedt mijn mening niet.

Maak jouw eigen website met JouwWeb